De houding van de verantwoordelijke teamleiders en schoolleiding zijn naar aanleiding van de verzuimtraining veranderd. Niet dat nu opeens de boodschap is ‘jij mag niet ziek zijn’, maar meer ‘vertel je verhaal en wat denk je zelf hieraan te kunnen doen’. Er wordt aangestuurd op een actievere rol van de werknemer: ‘wat ga je hier zelf aan doen?’ Uitgangspunt is nu veel meer: wat kan er wel?
Sinds de training heeft de teamleider die ’s ochtends de verzuimmelding aanneemt, de taak om dezelfde medewerker ’s middags terug te bellen. Of er wordt afgesproken dat de medewerker naar de teamleider belt. Met de vraag of hij de volgende dag wél aanwezig zal zijn. (Dit tenzij ’s ochtends blijkt dat er sprake is van een zodanige indicatie dat dit zeker niet het geval zal zijn.) Als de werknemer na een week nog verzuimt, dan wordt er een afspraak ingepland voor een persoonlijk gesprek. Een gesprek face-to-face, als het gaat op school, want dat wordt als het meest prettig ervaren.
Tijdens de verzuimtraining is ook besproken hóe de gesprekken afgehandeld moeten worden. In principe vinden de ziekmeldingen ’s ochtends rond 8 uur plaats. Hoe ga je op dat moment met zo’n gesprek om? Handel je het gesprek op dat moment af, vind je hiervoor de rust? Of maak je de afspraak dat je terugbelt in de loop van de ochtend, op een rustiger moment? Vraag je door tijdens dit gesprek? Geef je adviezen?
Nog geen cultuuromslag wel bewustwording
Van een echte cultuurverandering is er nog geen sprake. Dat is een proces dat tijd nodig heeft. Maar men is zich volgens Bertien Hoek steeds bewuster aan het worden over hoe om te gaan met verzuimmelding, ‘het bewustwordingsproces is in volle gang’. De nieuwe verzuimaanpak wordt in de praktijk niet door iedereen als prettig ervaren. Sommigen zien het als bemoeizucht van de werkgever. Maar er zijn zeker medewerkers die de nieuwe aanpak wel als prettig ervaren en zelf meedenken aan oplossingen en manieren om het verzuim in te korten. Het praten over ‘ziek zijn’ is op PRO Almere in ieder geval op gang gekomen.