VOION Haganum 2144

Publicaties

Landelijke veiligheidsmonitor 2021 - 2022

woensdag 15 maart 2023 | Veilig en vitaal werken

Betreft: Tweejaarlijks onderzoek naar veiligheidsbeleid en veiligheidsbeleving in het primair en voortgezet onderwijs
In opdracht van: het ministerie van OCW
Uitgevoerd door: ResearchNed
Datum rapport: maart 2023

De minister van OCW laat elke twee jaar het veiligheidsgevoel van leerlingen en personeel in kaart brengen met behulp van de ‘Monitor sociale veiligheid in en rond scholen’, de landelijke Veiligheidsmonitor. De monitor wordt sinds 2006 tweejaarlijks uitgevoerd in het (speciaal) voortgezet onderwijs. In het voortgezet onderwijs nemen leerlingen, personeelsleden en leidinggevenden deel.

Normaal gesproken levert de landelijke Veiligheidsmonitor, naast het landelijke beeld, ook voor de afzonderlijke scholen op locatieniveau een rapportage. Deelnemende scholen kunnen daarmee hun eigen veiligheidssituatie vergelijken met die van andere, soortgelijke, scholen en voldoen aan de in de wet gestelde eisen aan monitoring. In 2023 verscheen de landelijke veiligheidsmonitor 2021-2022 voor het primair en voortgezet onderwijs (po en vo). Omdat er zorgen waren over het welzijn van leerlingen vanwege en tijdens de coronapandemie is naast de reguliere tweejaarlijkse monitor dit extra onderzoek uitgevoerd. 

Beknopte uitkomsten van het onderzoek:

  • De sociale veiligheid op scholen is in algemeen goed te noemen, 95% van het vo-personeel voelt zich veilig. Al zijn er een aantal zaken die duiden op minder positieve ontwikkelingen zoals;
    • In beide onderwijssoorten laten lhbt-leerlingen een minder positief welbevinden zien.
    • Het welbevinden van meisjes in het voorgezet is lager dan dat van jongens.
    • Leerlingen met een migratieachtergrond voelen zich iets minder veilig dan leerlingen met een Nederlandse achtergrond.
  • Veruit de meest scholen hebben een veiligheidsplan met daarbij een pestprotocol, maar de bekendheid daarvan bij het personeel kan beter.
  • Er is geen structurele aanpak of evaluatie van agressie en geweld op school.
  • De incidentenregistratie is ook niet overal op orde.
  • In vergelijking met vorig jaar is de frequentie van pesten fors toegenomen in zowel het primair (17%) als het voorgezet onderwijs (9%). Ook is er sprake van een lichte toename van het pesten onder en door personeel.
  • De meldingsbereid van pesten is niet goed te noemen. Er wordt veel minder vaak gemeld bij vertrouwenspersonen. Mentoren zouden daarnaast een rol kunnen vervullen in de begeleiding van gepeste leerlingen bij het melden.
  • Leerlingen en personeel komen in aanraking met geweldsincidenten op school. Ook hier is sprake van een lichte toename in vergelijking met vorig jaar: leerlingen vo (32%) en personeel vo (28%).
  • Seksueel grensoverschrijdend gedrag komt helaas voor in beide onderwijssectoren. In het vo is er een stijging van 14% naar 17% die vrijwel volledig verklaard wordt door een toename in ongewenst seksueel getinte foto’s en filmpjes die verspreid worden. In het voorgezet onderwijs ging het om ruim 70% van de scholen.
  • De lhbt-leerling is vaker slachtoffer van pesten en geweld. Hun welbevinden is niet alleen minder positief, ze voelen zich ook minder veilig op school.