Betreft: Een verdiepend onderzoek naar honderd ernstige arbeidsongevallen met machines
In opdracht van: Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Uitgave: Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu
Datum: 2018
Elk jaar verliezen circa 280 mensen lichaamsdelen, vooral vingers of delen daarvan, tijdens werkzaamheden met machines met bewegende onderdelen. Voorbeelden zijn cirkelzagen, vulmachines en transportbanden. Om dit te voorkomen is het essentieel dat medewerkers (en leerlingen) niet in aanraking kunnen komen met bewegende delen van machines. In de praktijk zijn fysieke afschermingen daarvoor lang niet altijd effectief. Afschermingen zijn bijvoorbeeld verwijderd voor onderhoud, of medewerkers zijn in de verleiding gekomen ze te omzeilen. Dit blijkt uit een nadere analyse door het RIVM van honderd ernstige arbeidsongevallen uit 2015 en 2016.
Ongeveer 22 procent van alle arbeidsongevallen is een ongeval met de bewegende delen van machines. Hoewel er al vrij veel bekend is over deze ongevallen, blijven ze elk jaar een belangrijk deel uitmaken van het totaal aantal ongevallen. De analyse maakt inzichtelijk welke situaties veel voorkomen en wat de directe en indirecte oorzaken van de ongevallen zijn. Zo blijkt dat onveilige situaties en werkwijzen vaak al lange tijd aanwezig waren voordat het ongeval gebeurde.
Op basis van de analyse heeft het RIVM praktische lessen voor de praktijk opgesteld. Eén van die lessen is het belang om regelmatig te checken of alles nog steeds veilig is. Bijvoorbeeld of alle machines nog in goede staat en compleet zijn, instructies voldoende helder zijn en mensen nog steeds op een veilige manier werken.
Bij de analyse is gekeken naar de omstandigheden waarin de ongevallen voorkomen. Ook is beschreven hoe mensen in contact kwamen met bewegende delen van machines. Hiervoor is informatie gebruikt uit de database (Storybuilder) waarin ernstige arbeidsongevallen in Nederland worden geregistreerd, en informatie uit databronnen van de inspectie Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW).