“Iedereen doet ertoe en iedereen verdient de aandacht om zichzelf te kunnen ontwikkelen”, aldus Roderik Rot, directeur-bestuurder van het Erasmus College in Zoetermeer. Om hier verder handen en voeten aan te geven, hebben ze op deze middelbare school naast een gesprekkencyclus voor het onderwijsgevend personeel (OP) ook een gesprekkencyclus voor het onderwijsondersteunend personeel (OOP) geïntroduceerd. In deze gesprekken staat de persoonlijke ontwikkeling van medewerkers centraal.
Roderik Rot: “In 2019 zijn we aan de slag gegaan met een schoolplan. Dit schoolplan bevatte drie onderwerpen: meer aandacht voor hoe te leren (executieve functies), motivatie en persoonlijke ontwikkeling. We vonden dat dit niet alleen moest gelden voor het onderwijs dat we bieden, maar ook voor het personeel. We hebben toen een uitgebreide gesprekkencyclus opgezet voor het OP. Daarbij wilden we meteen het OOP meenemen, want samen vormen we één geheel.”
Draagvlak creëren voor de gesprekkencyclus
Uiteindelijk heeft de introductie van de gesprekkencyclus voor het OOP enige vertraging opgelopen door de coronacrisis. Maar sinds dit jaar zijn ze er bij het Erasmus College mee gaan werken.
Marcia Brand, directeur bovenbouw: “We zijn ongeveer een jaar bezig geweest met de introductie van de gesprekkencyclus en het creëren van draagvlak. Zo hebben we een aantal medewerkers van het OOP gevraagd om hierover mee te denken en hebben we ook de medezeggenschapsraad op tijd betrokken. Vervolgens hebben we twee keer een bijeenkomst georganiseerd waarin we een presentatie hebben gegeven aan alle medewerkers van het OOP. Daarin vertelden we hoe de nieuwe gesprekkencyclus eruit zou komen te zien en wat we van medewerkers verwachten.”
Gesprekkencyclus gericht op ontwikkeling
Want hoe ziet deze gesprekkencyclus er in de praktijk dan uit? Marcia Brand: “Het gaat om een cyclus van drie jaar, waarin we elk jaar één gesprek voeren. Het eerste jaar is dit een gesprek waarin de ontwikkelwensen aan bod komen, het tweede jaar volgt er een voortgangsgesprek en in het derde jaar is er een evaluatiegesprek. Tijdens deze gesprekken bespreken medewerkers met hun leidinggevende onderwerpen als: waarin wil je je verder ontwikkelen? waar wil je over vijf jaar staan? maar ook praktisch: hoe ga je dit realiseren? Het functioneren van een medewerker komt wel zijdelings aan bod, maar het hoofdonderwerp is zijn of haar ontwikkeling.”
Roderik Rot: “Daar waren sommige medewerkers wel bang voor, dat er meer controle zou komen en dat ze op deze gesprekken zouden worden afgerekend. In eerste instantie hadden we aan het einde van de cyclus ook een beoordeling staan op basis van de ontwikkeling van de medewerker. Maar na overleg met de werkgroep van medewerkers uit het OOP en de medezeggenschapsraad hebben we toen besloten dit niet te doen. Het gaat ons om ontwikkeling niet om beoordeling."
Twee keer per jaar meelopen op andere school
Roderik Rot: “We vinden het vooral belangrijk dat we oog hebben voor de ontwikkeling van alle medewerkers in de organisatie. Zo willen we ook dat iedere medewerker af en toe gaat meelopen op een andere school.” Marcia Brand vult aan: “Dan gaat de conciërge bijvoorbeeld kijken hoe ze bij een andere school werken als conciërge. We maken daar bewust tijd voor, omdat we het belangrijk vinden dat medewerkers hiervan leren. Daarnaast willen we dat iedere medewerker het liefst één keer per jaar iets aan zijn of haar ontwikkeling doet. Dit kan bijvoorbeeld een training of een cursus zijn. Deze training of cursus hoeft dan niet per se aan te sluiten bij het huidige werk, maar het mag ook iets zijn wat aansluit bij de talenten of interesses van de medewerker. Wel moet het werkgerelateerd zijn. Roderik Rot: “Ook hebben we alle OOP-ers een cursus laten volgen waarin de Dalton-kernwaarden werden behandeld, die binnen onze school centraal staan.”
Taalgebruik in formulieren aangepast
Wat is nou het grootste verschil tussen de gesprekkencyclus voor het OP en de gesprekkencyclus voor het OOP? Roderik Rot: “Vooral het taalgebruik. Dat was voor het OOP veel te abstract, dus dat hebben we toegespitst op het OOP. Verder zie ik niet zo’n groot verschil tussen de gesprekken met het OP en de gesprekken met het OOP, maar wel per medewerker. Dit heeft bijvoorbeeld te maken met de levensfase waarin een medewerker zit. Met iemand die tegen zijn of haar pensioen aanzit, heb je andere gesprekken dan met een werknemer die net de arbeidsmarkt op komt.”
Marcia Brand: “Ik merk wel dat het OOP veel diverser is. Sommige medewerkers zitten al jarenlang op dezelfde plek en vinden dat prima. Die moet je wat meer motiveren om aan hun ontwikkeling te werken door hierover in gesprek te gaan. Maar over het algemeen vinden mensen het fijn als hier tijd en aandacht voor is.”
Na twee jaar evaluatie
Roderik Rot: “Over twee jaar gaan we evalueren. Dan kijken we of het is gelukt om alle gesprekken is te voeren en hoe dit is gegaan. Eventueel kunnen we dan bijvoorbeeld wijzigingen aanbrengen.” Marcia Brand: “Het is voor ons een succes geweest als mensen met hun ontwikkeling aan de slag zijn gegaan. Dat ze zien dat hier aandacht voor is en hierdoor ook meer werkplezier ervaren.”
En wat zouden jullie andere scholen willen adviseren die hiermee aan de slag gaan? Roderik Rot: “Betrek andere collega’s – waaronder medewerkers van het OOP zelf – hierbij, bijvoorbeeld door focusgroepen te organiseren.” Marcia Brand vult aan: “En betrek de medezeggenschapsraad, niet alleen voor instemming, maar maak gebruik van hun expertise en vraag ze al vroeg in het proces om mee te denken.”
Nieuwe gesprekkencyclus biedt kansen “Ik ervaar de gesprekkencyclus voor het OOP als zeer positief”, aldus Stephanie Kort, medewerker HR & salarisadministratie bij het Erasmus College. “Het geeft je de kans om echt even stil te staan bij: waar sta ik nu, wat heb ik bereikt en waarin wil ik nog groeien? Voorheen hadden we dit soort gesprekken ook wel, maar was het vaak even tussendoor. Het is fijn dat je nu echt de tijd en ruimte krijgt om over je persoonlijke ontwikkeling na te denken. Daarnaast is het mooi dat er niet één gesprek wordt gevoerd, maar dat hier ook een vervolg aan zit. Zo maak je echt een plan voor jezelf dat op maat is geschreven en waarmee je aan je eigen toekomst kunt werken.” |