VOION Dacapo Kees Winkelman 0640

Inspiratie

Groningen pakt met brede samenwerking het lerarentekort aan

dinsdag 9 februari 2021 | Onderwijsarbeidsmarkt | Algemeen Voion

“Met kleine stappen werken naar een omvangrijk doel”

De krimpregio Groningen heeft te maken met een aantal specifieke problemen die van grote invloed zijn op het onderwijs. Het (dreigende) personeelstekort in het onderwijs is er één van. De schoolbesturen in de regio pakken dit gezamenlijk op in een breed samenwerkingsverband: de RAP Groningen. Daarbij wordt personeelsbeleid gekoppeld aan onderwijsbeleid, over de drie onderwijssectoren van po, vo en mbo heen en in hechte samenwerking met de lerarenopleidingen.

De regio Groningen staat voor een aantal fikse uitdagingen die uniek zijn voor het gebied. De ontwikkelingen rondom de aardbevingen, de forse demografische krimp (soms wel 40% in de plattelandsregio’s) en de krappe arbeidsmarkt treffen alle branches. “Ook de schoolbesturen zagen dat deze problemen niet alleen, maar gezamenlijk opgelost moeten worden. Daarom is een aantal jaar geleden het Bestuurlijk Platform vo-mbo Groningen opgericht”, zegt Agnes Schaafsma, rector en bestuurder van het Hogeland College. In het platform participeren alle vo- en mbo-schoolbesturen in de provincie. Ook zijn er nauwe banden met de lerarenopleiding van de Rijksuniversiteit Groningen en haar alliantiepartners Hanzehogeschool Groningen en NHL Stenden Hogeschool. Bijzonder is dat tevens de partijen voor praktijkonderwijs en het Voortgezet Speciaal Onderwijs (vso) zijn vertegenwoordigd. “Dat zijn belangrijke, zo niet onmisbare, partners in het platform. Het vso valt bestuurlijk onder het primair onderwijs, maar in de praktijk hebben zij met veel onderwijsvraagstukken te maken die ook in het voortgezet onderwijs spelen, denk bijvoorbeeld aan passend onderwijs”, zegt Schaafsma die tevens penvoeder is van het project RAP Groningen dat uit het platform voortkomt.

Voorbereidende fase
Het RAL-traject (Regionale aanpak lerarentekort), dat van 2019 tot januari 2021 liep, is in feite de voorbereidende fase geweest waarin actielijnen zijn uitgezet voor het komende RAP-traject (Regionale aanpak personeelstekorten) dat tot medio 2022 loopt. Renate Kamp, organisatie-adviseur en RAP-projectleider: “Deze overgangsfase is een natuurlijk moment om te kijken wat we tijdens de RAP nodig hebben om tot actie over te gaan. We hebben in de RAL-periode veel zaken opgepakt om de huidige situatie in beeld te brengen, de behoefte te peilen en het thema lerarentekort onder de aandacht te brengen. Nu is het tijd om de zichtbaarheid te vergroten met concrete acties zodat het geen papieren tijger wordt.”

Groot doel, kleine stappen
Ricus Dullaert is beleidsmedewerker van de lerarenopleiding van de RUG en projectcoördinator van het Expertisecentrum Vakdidactiek Noord. Hij is als deelprojectleider verbonden aan de RAP Groningen en enthousiast over de intensieve samenwerking binnen het project. “De contacten over opleidingstrajecten waren natuurlijk al heel goed, maar we werken nu ook voor het eerst samen met de HR-managers van het vo en dat biedt veel inzicht. Het is ook goed dat in het traject een stip op horizon is gezet richting 2030. Het RAL/RAP-traject loopt twee jaar, wat te kort is om zo’n complex probleem grondig aan te pakken. Daarom hebben we grote thema’s in kleine en praktische stukken verdeeld zodat we daar met concrete stappen naartoe kunnen werken. Ons traject heeft niet alleen een kwantitatieve focus, waarbij hoofden worden geteld en met docenten wordt geschoven, maar we werken uiteindelijk toe naar een andere inrichting van het onderwijslandschap. Daarbij analyseren we hoe het vak van docent eruit zou moeten zien om bij dat landschap te passen. Een mooie insteek die ook bij de lerarenopleidingen aansluit: welk carrièreperspectief heeft een docent?”

Vijf thema’s
“Binnen ons samenwerkingsverband is er veel ruimte en ambitie om ver vooruit te kijken”, zegt Renate Kamp. “Tegelijkertijd spelen er thema’s die je direct aan kunt pakken. Je ziet bij organisaties altijd een spanningsveld ontstaan tussen de korte en lange termijn, laat staan binnen zo’n groot samenwerkingsverband. We hebben voor een praktische aanpak gekozen; er is bijvoorbeeld een projectgroep verantwoordelijk gemaakt voor instroom op de korte termijn en er wordt een denktank opgericht die zich op de lange termijn richt. De uitvoerende fase van de RAP hebben we verdeeld in vijf thema’s: communicatie, instroom, behoud, professionaliseren en herinrichten.”

Verbindende communicatie
De communicatie is een doorlopend thema tijdens het traject. De eerste stap was alle partijen bewust maken van de urgentie van het (dreigende) personeelstekort in het onderwijs, vertelt Agnes Schaafsma. “Het probleem speelde nog niet bij alle schoolbesturen een rol, dus de noodzaak om gezamenlijk naar een oplossing te zoeken werd ook niet door alle besturen even sterk gevoeld. Het Ommeland heeft heel andere knelpunten dan een studentenstad als Groningen. Eén van de eerste acties was dan ook de bezetting en prognoses van de gehele regio in kaart brengen, wat we grotendeels via het Scenariomodel-VO van Voion inzichtelijk hebben gemaakt. Door dit duidelijke beeld zijn alle partijen overtuigd geraakt van de urgentie.” Renate Kamp geeft aan dat nu tijdens de coronacrisis heldere communicatie ook belangrijk is om alle partijen verbonden te houden en doelen bij te stellen. “Bij veel docenten loopt het werk over de schoenen, dus we willen onze doelstellingen niet opdringen. En we willen ervoor waken dat we als projectgroep vanaf de zijlijn enthousiast zaken organiseren die niet verankerd worden in de praktijk.”

Gezamenlijk werken aan instroom
De lerarenopleidingen die aan het samenwerkingsverband zijn verbonden, hielden zich altijd al bezig met het verhogen van de instroom van docenten. Dullaert: “Als RUG deden we dat altijd zelf, maar nu we veel meer samenwerken met de HR-afdelingen, merk je hoe belangrijk het is om gezamenlijk op te trekken bij de werving. Zo hebben we voor het eerst samen met de schoolbesturen het Career Event voor bètastudenten bezocht en gaan we ook naar eenzelfde event voor de letterenstudies. Het is belangrijk om samen de markt te verkennen, ook op gebied van de zij-instroom. Je leert van elkaar, wisselt kennis uit en hoeft het wiel niet opnieuw uit te vinden.”

Behoud en professionalisering
Ook bij de thema’s ‘Behoud personeel’ en ‘Professionalisering’ is de samenwerking met schoolbesturen en HR-afdelingen heel waardevol, zegt Ricus Dullaert. “Onderzoekers buigen zich al langer over de vraag wat je systematisch kunt veranderen om docenten langer te behouden. Dit is ook een stuk persoonlijke interesse, want ik heb na zeven jaar afscheid genomen van mijn baan als docent omdat ik toekomstperspectief miste. Je kunt teamleider of bestuurder worden, maar hoe ontwikkel je je als docent verder? Tijdens de RAL zijn er door deze samenwerking al twee nieuwe leerlijnen voor docenten opgesteld: digitale geletterdheid en een didactoraat waarbij op een onderzoeksmatige manier nieuwe vormen van didactiek worden ontwikkeld. Het mes snijdt hierbij volgens Dullaert aan twee kanten: je houdt het beroep van docent aantrekkelijk én je stoomt docenten klaar voor het onderwijslandschap van de toekomst.

Toekomstig onderwijslandschap
Agnes Schaafsma: “Het toekomstige onderwijslandschap waaraan we met alle professionals in Nederland werken, ziet er anders uit dan nu. We denken dat er behoefte zal zijn aan gedifferentieerde beroepsprofielen. Het is heel mooi dat er al twee nieuwe leerlijnen zijn opgesteld, het laat zien dat hoe nuttig het is om over de schutting van je eigen organisatie heen te kijken. Bij de RAP Groningen wordt personeelsbeleid gekoppeld aan onderwijsbeleid, over de sectoren van po, vo en mbo heen en in hechte samenwerking met de lerarenopleidingen. Dankzij dat brede verband kunnen we bakens verzetten.”

Groningse nuchterheid
“Het is belangrijk om bij dit project inhoudelijk aan te sluiten op zaken die scholen al aan het ontwikkelen zijn en de vorderingen goed te borgen voor de toekomst”, zegt Dullaert. Renate Kamp, tot slot: “Elke partij in ons project is heel enthousiast om over grote vraagstukken te filosoferen, en bereid om te experimenteren, innoveren en out of the box te denken. Tegelijkertijd zorgt de Groningse nuchterheid ervoor dat we de realiteit voor ogen houden en met concrete stappen naar het einddoel toewerken. Dat gaat met vallen en opstaan, meebewegend met de kansen die zich voordoen.”

Het Eindrapport Regionale Aanpak Lerarentekort Groningen toont de oogst van de Regionale Aanpak Lerarentekort (RAL). Het schetst verder de visie en richtlijnen voor de toekomst voor de gezamenlijke aanpak van het lerarentekort door de betrokken vo- en mbo-besturen en hoe dit - onder andere in de RAP - verder wordt opgepakt.