Aan de verkiezing namen duizenden werknemers in het onderwijs deel. Conrector Marijke Genuit meent dat je om een goede werkgever te kunnen zijn, eerst goede werknemers nodig hebt. En zelfs nu er een beker in de kast staat, ervaart de school dat goed werkgeverschap hard werken en regelmatig evalueren blijft.
De jury roemde vooral de collegialiteit, goede sfeer en betrokkenheid op de werkvloer van het Kaj Munk College. Human resource-adviseur Marleen Kafando herkent dat: “Betrokkenheid en collegialiteit zijn nu kenmerkend voor onze school. Onze werknemers communiceren op een open manier, met elkaar én met de schoolleiding. Dat is echter niet altijd zo geweest” Genuit: “Rond 2006 hadden we te maken met een dalende instroom en liet de sfeer onder het personeel te wensen over. Er was groepsvorming en er bestond soms onderlinge onenigheid over te volgen didactiek. Doordat daar niet goed over werd gepraat, raak je in een patstelling. Met de komst van de nieuwe rector Dick Bruinzeel, zijn we als schoolleiding heel gericht aan de schoolcultuur gaan werken. Nu heeft Bruinzeel net afscheid van ons genomen als rector, maar onze insteek is sindsdien een schoolcultuur waarin mensen mét elkaar praten, niet over elkaar.
Geprofessionaliseerd personeelsbeleid
Een tweede belangrijke omslag is de professionalisering van ons HR-beleid. Genuit: “Voorheen was dat min of meer een deeltaak van de directie. Maar inmiddels hebben we een eigen personeelsadviseur, personeelsadministratie en salarisadministratie. De lijnen tussen HR en personeel zijn daarmee flink korter geworden. Kafando,vindt dat een grote vooruitgang: “Als je administratief alles op orde hebt, kun je sneller antwoord geven op vragen, wat weer vertrouwen van werknemers oplevert. En vanuit dat vertrouwen wordt het voor iedereen weer makkelijker om andere, moeilijkere gesprekken te voeren.”
Kafando ging vier jaar geleden aan de slag als HR-adviseur van het Kaj Munk College. Aanvankelijk vanuit het bestuursbureau van IRIS in Heemstede, maar al snel merkte ze dat ze beter op school aanwezig kon zijn, dan op kantoor. Kafando: “Ik heb er echt werk van gemaakt om iedereen te kennen. Het eerste halfjaar heb ik dus in spreekwoordelijke zin vooral veel koffie gedronken in de docentenkamer. Om te voelen wat er leeft, wat er speelt, waar gevoeligheden zitten, waar er ruimte is.” “Zonder relatie geen prestatie”, vult Genuit aan, “Dat is een bekende kreet die ook ontzettend waar is als het gaat om personeelsbeleid en werkgeverschap.”
Blijvend alert
De benoeming tot beste werkgever in het voorgezet onderwijs is voor Genuit geen reden om nu tevreden achterover te leunen: “Het blijft een aandachtspunt om in alle communicatie zorgvuldig te zijn. Ook over kleine dingetjes. En hoe drukker je het hebt hoe lastiger. Dan is de neiging sterk om hier en daar wat te laten schieten. Zoals nu, in de periode dat er geen rector aan het roer staat. Maar mensen moeten weten waar we staan en waar we mee bezig zijn.” Kafando: “Beweging is er altijd, maar nu extra veel. We zitten toch op een keerpunt. Financieel moeten we de broekriem aanhalen, we krijgen een nieuwe rector en het gebouw gaat veranderen door onze groei. De grote uitdaging is om, ondanks die veranderingen, vast te houden aan wat we hebben aan sfeer, betrokkenheid en collegialiteit. Ook zonder dat we ons personeelsbeleid willen veranderen of vernieuwen, is het al een heel karwei om te koesteren wat we hebben, en dat zorgvuldig te onderhouden.”
Meer informatie:
Kaj Munk College