VOION Dacapo Kees Winkelman 0640

Inspiratie

Taalhuis Lyceum Schöndeln biedt lesstof in modules aan

dinsdag 2 oktober 2018 | Onderwijsarbeidsmarkt | Algemeen Voion

banner Joyce Thewessem.jpgHet Lyceum Schöndeln in Roermond noemt zichzelf een vrij traditionele school, maar laat met diverse innovatieve lesvormen (lees ook het verhaal van Paul Jennissen) zien hoe onderwijs op een andere manier ingevuld kan worden. Bij het vak Nederlands zijn de klassieke klassikale lesvormen losgelaten waardoor de docenten en leerlingen meer vrijheid kregen.

Joyce Thewessem is al 13 jaar docent Nederlands aan het Lyceum Schöndeln. Twee jaar geleden bestond bij haar sectie de behoefe om de lessen anders in te vullen. “De leerlingen voerden door de klassieke manier van lesgeven eigenlijk alleen maar uit wat wij hen vroegen en er was weinig ruimte voor eigen initiatief. Daar wilden we verandering in brengen, met als doel de leerlingen meer verantwoordelijkheid te geven.” De sectie Nederlands kreeg van de schooldirectie alle steun en stimulans om hun onderwijs op een andere manier vorm te geven. Zo huurde de school een trainee in die enkele lessen gedurende het schooljaar overnam, zodat de vijf docenten meer ruimte kregen om het alternatieve programma te ontwikkelen.”

Modules kiezen
“Uiteindelijk hebben we een vorm gevonden waarin elke collega zich kon vinden”, vertelt Thewessem. “Voor 4 en 5 vwo hadden we al een gemeenschappelijke ruimte met vier lokalen tot onze beschikking, dat we tot Taalhuis hebben gedoopt. We besloten om het Taalhuis niet meer klassikaal in te vullen, maar de leerlingen een keuze te geven om een module te volgen. Alle leerstof van ons vak hebben we verwerkt in vier hoofddomeinen die we parallel aanbieden, te weten spreken, schrijven, literatuur en tekstanalyse. De leerlingen kiezen om de zes weken een nieuwe module. Binnen die cyclus bieden we steeds een ander thema aan, zo kan dat binnen het domein schrijven het maken van een essay of speech zijn, maar ook creatief schrijven of het schrijven van een wetenschappelijk onderzoek. Je werkt dan uiteindelijk met vier heel diverse groepen. Hiermee hebben we het systeem van het werken in klassen helemaal losgelaten.”

Gastdocenten
De nieuwe onderwijsvorm was volgens Thewessem even wennen, maar de leerlingen zijn inmiddels heel enthousiast omdat ze veel zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid krijgen, terwijl ze vakonderdelen volgen die hen echt interesseren. “Daardoor zijn ze veel actiever en gemotiveerder dan wanneer je ze klassieke lesstof aanbiedt. We werken geregeld met gastdocenten. Dat kunnen externe professionals zijn, maar ook onze directeur heeft een gastcollege gegeven in argumentatie. Omdat er zoveel variatie mogelijk is, kunnen we als docent kiezen voor de vakken waarin we gespecialiseerd zijn én voor een verrassende invulling. Vorig jaar hebben we bijvoorbeeld aan 5 vwo de module dialect aangeboden, dat is in deze regio heel populair.”

Minder toetsen
Tegen het eind van 5 vwo hebben de leerlingen alle vier de modules gevolgd plus een keuzemodule. “Ze hebben dan alle kwalificaties gehaald die vereist zijn. In de tussentijd wordt er minder getoetst, de leerlingen moeten gedurende het traject studiepunten behalen en krijgen uiteindelijk voor alle modules één cijfer. Het werken met modules en studiepunten sluit aan op het academische onderwijs, dus het bereidt de vwo’ers ook beter voor op de universiteit.” Bovendien kunnen leerlingen die voldoende studiepunten halen, veel zelfstandiger werken en is het gemakkelijker om de hardlopers een vervroegd examen aan te bieden. “Ons werk is dankzij de modules veel interessanter geworden en we hebben ook andere secties geïnspireerd om in het kader van onderwijsontwikkeling na te denken over een actiever lesprogramma met meer verantwoordelijkheid.”

Gerelateerde onderwerpen