Hoe ziet de begeleiding van startende leraren eruit in de praktijk? En welke lessen zijn daaruit te leren? De VO-raad publiceert een katern met daarin een inkijkje in de inductiepraktijk van acht vo-scholen en de verschillende accenten die daarbij worden gelegd. Het doel is om door middel van deze publicatie de dialoog te stimuleren binnen de school tussen betrokkenen bij starters.
Het belang van een goede begeleiding van startende leraren om hen te behouden voor het leraarsberoep wordt algemeen erkend. Toch is in de hele sector de zoektocht merkbaar naar het inrichten van een goede begeleiding voor starters. Want hoewel we (deels) weten wat er van belang is bij de begeleiding, is er minder bekend hoe die begeleiding daadwerkelijk in de praktijk wordt vormgegeven en hoe deze wordt ervaren door de starter.
Acht inductiepraktijken
Dit katern brengt inductiepraktijken op verschillende scholen in beeld. Het gaat niet zozeer om ‘goede praktijken’ of ‘best practices’, maar om het geven van inzicht in de complexiteit van startersbegeleiding in het huidige onderwijslandschap, waarin lerarentekorten, de gevolgen van COVID-19 en andere ontwikkelingen de dagelijkse gang van zaken in het onderwijs fundamenteel beïnvloeden.
Lessen uit de praktijk
We willen in dit katern door het beschrijven van inductiepraktijken inzicht geven in de afwegingen die betrokkenen maken om het inductietraject van starters zo goed mogelijk vorm te geven én in wat dit betekent voor de starter zelf. De inductiepraktijken in dit katern kunnen daarmee aanleiding zijn voor de lezer om te reflecteren op de eigen begeleidingspraktijk op school, de eigen betrokkenheid vanuit de lerarenopleidingen of als starter op de ervaring die je zelf hebt opgedaan met begeleiding in je eigen school.
Introductie van de acht casussen
1. Blariacumcollege - Een jarenlange geschiedenis met coaching van starters
Coaching, observaties en intervisie zijn belangrijke onderdelen bij de begeleiding van starters op het Blariacumcollege. Net als alle medewerkers daar ontwikkelen zij zich vanuit drie kernwaarden: regie, samenwerken en onderzoekend leren.
2. Bonhoeffer College - Een intensief netwerk bouwen rond de starter
Op elk van de zes Bonhoeffer-locaties zijn schoolopleiders en coaches aanwezig. Hoe zorgt de school voor eenheid in de inductieaanpak, met ruimte voor een eigen invulling per schoollocatie?
3. Calandlyceum - Inductie is een cultureel traject
Tijdens de inductie van nieuwe leraren legt het Calandlyceum de nadruk op het leren kennen van de organisatiecultuur. Dit is voor de school een essentiële succesfactor: inductie is vooral een cultureel traject.
4. Lumion - Eigentijds leren van leerlingen en startende leraren in een groeiende school
De oprichters van Lumion hadden tien jaar geleden behoefte aan nieuwe mogelijkheden en een andere visie op onderwijs. In de afgelopen jaren is de school gegroeid van 100 leerlingen naar meer dan 1.500. Wat betekent dat voor het aannemen van docenten en het begeleiden van starters?
5. Minkema College - Beeldcoaching als krachtig ontwikkelinstrument
Het Minkema College wil dat starters kunnen ontdekken wat voor docent ze zijn. Wat vinden zij belangrijk als het gaat om onderwijs? De school zet hiervoor onder meer in op beeldcoaching.
6. Winkler Prins - Strategisch HRM, personeelsontwikkeling en starters
OSG Winkler Prins is een ambitieuze school in het hart van de Veenkoloniën. De school kent zes deelscholen op verschillende locaties. Hoe zorgen ze voor een eenduidig inductiebeleid?
7. Johan de Witt - Ruimte en vertrouwen om te leren en te experimenteren
De Johan de Witt Scholengroep heeft zes locaties in Den Haag. Elk jaar stromen zo’n veertig nieuwe docenten in. Met een duidelijke aanpak en de ruimte voor starters om zich hun vak eigen te maken, zorgt de school dat startende leraren behouden blijven voor het onderwijs.
8. Rodenborch-College - Samen leren en werken door starters en ervaren docenten
Het Rodenborch-College valt onder de Vereniging Ons Middelbaar Onderwijs (OMO). Samen met de lerarenopleidingen van drie universiteiten en een hogeschool heeft OMO (bovenschoolse) leerateliers voor startende leraren opgericht. Daar ligt het accent op de innovatiebekwaamheid van de leraar.
Bron: VO-raad